Schrijfbots zoals ChatGPT zijn getraind met behulp van teksten waarop auteursrecht rust. Hebben schrijvers recht op een vergoeding? En hoe zit het met de teksten die met behulp van AI zijn geschreven? Bij wie ligt dan het auteursrecht? Over AI en auteursrecht is nog veel onduidelijk. Marloes van Rossum, jurist bij de Auteursbond, brengt de auteursrechtelijke aspecten rond gebruik van AI in kaart.

1. Output: Auteursrecht als je AI gebruikt

Wanneer krijg je auteursrecht?

Auteursrecht ontstaat in Nederland vanzelf. Er ligt auteursrecht op een werk wanneer er sprake is van een zekere mate van creativiteit en er een maker is. Van creativiteit is sprake als het werk  een eigen oorspronkelijk karakter heeft en  een persoonlijke stempel. Dit behelst een zogenaamde intellectuele schepping, waarbij de maker zich uit door het maken van vrije en creatieve keuzes. Alhoewel het niet letterlijk in de wettekst staat, gaat de Hoge Raad ervanuit dat de het werk een voortbrengsel is van de menselijke geest. Ook in de Europese Unie en de Verenigde Staten is dit het geval. Zonder mens dus geen maker, is de consensus. En zonder maker: geen auteursrecht.

Op een werk gemaakt door AI lijkt dus vooralsnog geen auteursrecht te liggen. Dit wordt (in het buitenland) bevestigd door het Amerikaanse Copyright Office en in de eerst bekende rechtszaak ter wereld die hierover heeft gediend. In augustus 2023 oordeelde de rechtbank van Columbia dat de Copyright Office terecht geen auteursrecht heeft toegekend aan een kunstwerk dat zonder menselijke inbreng tot stand is gebracht. 

AI als gereedschap

Je kunt  je afvragen of het nog verschil maakt of het betrokken werk volledig door AI is gegenereerd, of slechts met  behulp van AI is gemaakt. Over het algemeen krijgt de AI prompts (‘opdrachten’)  van een mens, en vaak vindt er ook nabewerking plaats. Voor het Amerikaanse Copyright Office maakt dit tot nog toe geen verschil. Ook op AI-gegenereerd werk, waar uren menselijk voor- en nawerk in zit (denk aan prompts schrijven en de output bewerken), kan wat hen betreft geen auteursrecht liggen. Enerzijds is het de vraag of dat terecht is. Anderzijds is het bovendien lang niet altijd duidelijk of een werk überhaupt door of met AI is gemaakt. Sommige teksten of ‘foto’s’ zijn al niet meer van echt te onderscheiden. En bronvermelding is niet verplicht, want het betreft geen auteursrechtelijk beschermd werk. Waar het Copyright Office in februari 2023 definitief oordeelde dat er geen auteursrecht kon liggen op de AI-afbeeldingen in het werk Zarya of the Dawn, kende het aan diezelfde afbeeldingen in september 2022 nog auteursrecht toe. Op dat moment had de maker namelijk nog niet bekend gemaakt dat het werk met behulp van AI was gecreëerd.

Op dit moment is de Europese Unie bezig om tot regelgeving ter regulering van AI te komen. Daartoe bestaat nu de AI-Verordening in concept, waarin onder andere een transparantiebepaling is opgenomen. Die bepaling houdt in dat de gebruiker het moet vermelden wanneer een werk met AI is gemaakt. Echter, in het huidige voorstel geldt op die bepaling een uitzondering wanneer het (onder andere) het recht op vrijheid van kunst en wetenschap betreft. De AI-Verordening in huidige vorm zou dus geen verschil teweeg brengen in het voorbeeld van Zarya of the Dawn

Plagiaat

Ook zonder wettelijke transparantieplicht dient de gebruiker van AI op te passen met het openbaar maken van werk dat door of met AI gegenereerd is . Er is namelijk geen garantie dat met de output geen auteursrechtinbreuk wordt gemaakt. Sommige schrijfbots waarschuwen daar inmiddels ook al voor. Komt de output woord voor woord overeen met een reeds bestaand werk waar auteursrecht op rust, dan is openbaarmaking daarvan mogelijk plagiaat.  

2. Input: Auteursrecht als AI jouw werk gebruikt

Het is inmiddels algemeen bekend dat AI getraind wordt met informatie die van alle uithoeken van het internet ‘geschraapt’ wordt, dus ook bestaande werken van makers. Hierbij wordt lang niet altijd gecontroleerd of werken misschien   onrechtmatig gepubliceerd (denk aan illegale downloads voor e- en audioboeken en films) zijn. En ook niet of de rechthebbende  mogelijk bezwaar heeft gemaakt tegen het gebruik van zijn werk voor het trainen van AI. Steeds meer makers klagen dan ook de bedrijven achter AI aan wegens auteursrechtinbreuk en/of diefstal. En in reactie daarop tonen de AI-bedrijven steeds minder openheid ten aanzien van de vraag naar het gebruikte trainingsmateriaal.

Auteursrecht geeft de maker de mogelijkheid om te bepalen wat er wel of niet met zijn werk gebeurt, en onder welke voorwaarden. Om een werk waar auteursrecht op ligt te kunnen gebruiken is dan ook toestemming, meestal in de vorm van een licentieverlening, nodig. Schrapen voor en trainen van AI vindt echter plaats zonder dat de maker het weet, laat staan dat deze hier toestemming voor heeft kunnen geven of er een vergoeding voor ontvangt.

Opt-out

Overigens kent de Auteurswet wel een tweetal bepalingen rondom tekst- en datamijnen (tdm), dus schrapen voor AI-training. Op grond van die bepalingen is dit geoorloofd voor wetenschappelijk onderzoek of wanneer de maker geen gebruikt maakt van een zogenaamde opt-out. Daarmee kan een maker aangeven dat zijn werk niet gebruikt mag worden voor het trainen van AI. Deze tdm-bepalingen zijn echter niet van toepassing wanneer het gaat om schrijfbots. Reproductie in het kader van tdm mag: alleen in speciale gevallen, zonder dat dit de normale exploitatie van het bestaande werk in de weg staat, én de legitieme belangen van de maker niet worden geschaad. Bij schrijfbots is daar geen sprake van.

In de praktijk kent de opt-out bovendien ook zijn beperkingen. Opt-outs worden dan ook nauwelijks gebruikt. Enerzijds omdat AI zo plots in de versnelling is geraakt en de opt-out bepaling voor veel mensen nog onbekend was. Anderzijds omdat er veel onduidelijkheid bestaat over hoe de opt-out precies werkt. De maker moet zijn bezwaren ‘op passende wijze’ kenbaar maken. Volgens de wet is daar in ieder geval sprake van bij ‘machinaal leesbare middelen’. Daarmee wordt gedoeld op een code in de opbouw van bijvoorbeeld een website. In de praktijk honoreert de schrijfbot die code echter vaak niet bij het schrapen van de website. Desalniettemin is het aan te raden om bij je uitgever aan te dringen op het aanbrengen van een opt-out.