Schrijven met genAI: Wat je denkt te weten (maar wat niet klopt)

Door Anja Sicking
15 juli 2025

Veel enthousiaste verhalen over de mogelijkheden van generatieve AI (genAI) die op het internet circuleren zijn reclameboodschappen, verspreid door de techbedrijven. Of de herhaling daarvan door anderen, die bijvoorbeeld een spectaculair item nodig hebben voor een talkshow. Maar wat zijn nu feiten over genAI, en wat verkooppraatjes? We ontleden zes veelgehoorde misvattingen.

1. ‘Als ik genAI bij het schrijven niet omarm, sta ik straks aan de kant.’

Een recente studie van het Massachusetts Institute of Technology (MIT) laat zien dat overmatig gebruik van AI mensen waarschijnlijk dommer maakt. De onderzoeksgroep was te klein om definitieve conclusies uit te trekken, maar de eerste bevindingen wijzen erop dat het schrijven van essays met behulp van ChatGPT leidt tot een ‘waarschijnlijke afname van je leervermogen’. Dat komt doordat je brein tijdens het schrijven met ChatGPT minder verbindingen maakt dan wanneer je zelf schrijft. In de MIT-studie wordt dit ‘cognitieve schuld’ genoemd. Op de lange termijn zou dit ertoe kunnen leiden dat mensen minder creatief en kritisch denken.

2. ‘Je kunt met genAI goed brainstormen over een idee voor een toneelstuk of ander literair werk.

Sommige schrijvers zeggen graag met AI te sparren om nieuwe ideeën te krijgen. Maar is zo’n AI-idee wel echt nieuw of is het een idee van een collega? Aangezien een chatbot een tekst niet begrijpt, is de kans dat die met een nieuw verhaalidee komt klein. Het is waarschijnlijker dat de chatbot een idee van een ander kopieert. Als een schrijver gebruikmaakt van de output, kan dat plagiaat zijn.

3. ‘Als ik een originele prompt invoer en ik bewerk de output een beetje, dan beschik ik over het auteursrecht van die tekst.’

Hierover zijn in Nederland nog geen rechtelijke uitspraken gedaan. Wel is het zo dat een aantal Amerikaanse filmmaatschappijen hun scenarioschrijvers contracten laten ondertekenen waarin staat dat ze bij het schrijven van een script geen genAI zullen gebruiken. Op die manier komen mogelijke schadeclaims voor het zonder toestemming gebruiken van andermans werk, voor rekening van de auteur, mocht die toch genAI gebruiken. De winst is voor het techbedrijf.

4. ‘Het gebruik van genAI levert tijdswinst op bij het doen van research.’

Als een schrijver veel research moet doen, kan die daarvoor genAI gebruiken, bijvoorbeeld voor het schrijven van een historische roman over Dordrecht rond 1850. De antwoorden die de chatbot na het invoeren van een prompt over het decor van Dordrecht genereert, lijken in eerste instantie vaak indrukwekkend. Helaas weet je meestal niet of deze ‘antwoorden’ feitelijk kloppen of dat het hallucinaties zijn, een proces waarbij de chatbot feiten verzint. Hallucinaties ontstaan niet door het garbage in, garbage out-probleem, maar door hoe genAI-modellen gebouwd zijn. Het probleem zit in de structuur. GenAI berekent op basis van een stukje tekst het meest waarschijnlijke volgende woord in een zin. Als er staat: ‘Wil je …’ en een chatbot maakt die zin af, kan daar bijvoorbeeld zowel ‘koffie’, ‘thee’ of ‘met me trouwen’ op volgen. Het antwoord van de chatbot is deels een gok.

Interessant detail: de duurdere, premium chatbots geven nog meer foute antwoorden dan de gratis modellen. Dit ontdekten twee journalisten van Columbia Journalism Review. De oorzaak? Duurdere chatbots geven altijd antwoord, ook als de vragen heel specifiek zijn. De mogelijke schade die daardoor ontstaat, is ook hierbij voor rekening van de gebruiker, zoals sommige advocaten en journalisten al ondervonden. En de winst? Precies.

5. ‘Als je je tekst invoert in AI kun je altijd aangeven dat je niet wilt dat die gebruikt wordt om AI te trainen.’

Hierover bestaat veel onduidelijkheid, maar de meeste taalmodellen geven zelf aan dat de tekst die je invoert voor trainingsdoeleinden kan worden gebruikt. Dat laatste is een mooi woord voor het in fragmenten mogen reproduceren van jouw tekst. Bij ChatGPT kun je aangeven dat je niet wilt dat jouw tekst door OpenAI wordt bewaard en hergebruikt, maar zoals bekend is dit bedrijf ondanks de naam weinig open over de trainingsdata die het gebruikt. Veel rijksambtenaren, medici en wetenschappelijke onderzoekers mogen (of willen) geen genAI gebruiken.

6. ‘Met genAI kan ik mijn schrijfstijl verbeteren.’

Of dat zo is, hangt af van hoe goed je schrijft. Voor laaggeletterden zal bovenstaande uitspraak misschien waar zijn. Maar of deze uitspraak ook geldt voor mensen die weten hoe ze een pen moeten vasthouden? Beoordeel het anders zelf aan de hand van een fragment geschreven door de vermoedelijk niet-menselijke Jaspreet. Jaspreet bespreekt op een website de top 15 van AI-tools voor het schrijven van een roman. Hieronder staat wat ze schrijft:

‘Het beste AI schrijfgereedschappen kunnen naadloos worden aangepast aan verschillende genres, tonen en stijlen, zodat u uw creativiteit zonder beperkingen kunt verkennen. Naadloze integratie met uw bestaande workflow is ook van cruciaal belang, omdat het tijd bespaart en u in de zone houdt.’

AI = Jatwerk! Schrijvers en vertalers komen in actie!