Collectieve vergoeding VOD (het VCB-model)

Op 1 juli 2015 is de Wet Auteurscontractenrecht in werking getreden. In aansluiting daarop zijn er tussen RODAP (de vereniging van omroepen, producenten en distributeurs) enerzijds en Lira (scenarioschrijvers), VEVAM (regisseurs) en NORMA (acteurs en andere uitvoerende kunstenaars) anderzijds afspraken gemaakt op basis waarvan de hoofdregisseur, de scenarioschrijver en de hoofdrolspeler van een film- of tv-werk (hoofdmakers) recht hebben op een aanvullende proportionele vergoeding voor Video On Demand (VOD) exploitatie in Nederland.

Partijen hebben dit als volgt vormgegeven:

Het uitgangspunt is een afdwingbare contractuele vergoedingsafspraak voor genoemde hoofdmakers, te incasseren bij de exploitant van VOD-diensten. De aanspraak op deze vergoeding ontstaat op voorwaarde dat de hoofdmaker de rechten ten aanzien van de VOD-exploitatie van het film- of tv-werk aan de producent heeft overgedragen.

Vanaf 1 januari 2017 wordt dit geregeld door de ondertekening van een zogenoemd Aanhangsel en bijbehorende Derdenbeding dat door producenten wordt bijgevoegd aan de opdrachtcontracten met de hoofdmakers. Het Aanhangsel is in goed overleg tussen RODAP en de vertegenwoordigende organisaties van hoofdmakers (Lira, NORMA en VEVAM) opgesteld. Het convenant waarin deze afspraken zijn opgenomen liep tot 1 januari 2020. Partijen zijn momenteel in gesprek over het vervolg.

Wat moeten hoofdmakers en producenten doen?

Hoofdmakers dienen bij ondertekening van een opdrachtcontract ook het Aanhangsel te ondertekenen. De producent zal vervolgens het bijbehorende Derdenbeding opleggen aan door haar gecontracteerde derden (zoals VOD exploitanten) van het betreffende film- of tv-werk op basis waarvan uiteindelijk de betaling van de collectieve vergoeding verder geregeld kan worden tussen de exploitant van VOD-diensten en Lira, VEVAM en NORMA.

Let op!

  • Is dit Aanhangsel niet ondertekend of zijn VOD rechten niet overgedragen, dan kan de hoofdmaker geen vergoeding voor VOD ontvangen.
  • Is het Derdenbeding niet door de producent opgelegd, dan wordt de rechtenoverdracht ten aanzien van VOD ontbonden.
  • Is het Aanhangsel niet door de producent opgenomen, dan komt producent niet in aanmerking voor de StOP NL-vergoedingen voor de doorgifte van film- en tv-werken.

Relevante documenten