Wat zijn persoonlijkheidsrechten?

Binnen het auteursrecht kennen we een aantal persoonlijkheidsrechten, ook wel morele rechten genoemd. Deze persoonlijkheidsrechten worden aan makers toegekend vanwege de band tussen een maker en zijn werk, en de wijze waarop naamsvermelding en wijziging van invloed kunnen zijn op de reputatie van de maker. Waar je als maker wel je auteursrecht over kunt dragen, is het niet mogelijk om je persoonlijkheidsrechten over te dragen. Wel kun je van een aantal persoonlijkheidsrechten geheel of gedeeltelijk afstand doen.

Naamsvermelding, wijziging en verminking
Het eerste persoonlijkheidsrecht is het recht om als maker te worden aangeduid bij de openbaarmaking van je creatie, zoals bij de publicatie, tentoonstelling of opvoering daarvan. Dit is dus het recht op naamsvermelding. Een tweede persoonlijkheidsrecht is het recht om je als maker te verzetten tegen wijzigingen van je werk. Op deze twee rechten kun je alleen een beroep doen voor zover dat redelijk is (als een illustratie als logo wordt gebruikt, zal je de naam van de illustrator daar niet altijd naast zien; en in veel gevallen zullen redactionele wijzigingen mogen worden doorgevoerd). Van zowel op het recht op naamsvermelding als het recht je te verzetten tegen wijzigingen van je werk kan je afstand doen.

Dan zijn er nog persoonlijkheidsrechten waar je geen afstand van kunt doen. Zo behoef je als maker niet te dulden dat een ander dan jij bij de openbaarmaking van je werk als maker wordt aangemerkt. Heb je in of op het werk een naam aan het werk gegeven, of jezelf al als maker aangeduid, dan mag daar ook niet aan gesleuteld worden. En verandert een ander jouw werk zo erg dat je kunt spreken van verminking of misvorming daarvan, dan kun je om je reputatie te beschermen ook daar tegen in het geweer komen.

Afspraken maken
We adviseren je niet zomaar afstand te doen van je persoonlijkheidsrechten; in veel gevallen is het juist verstandig om afspraken te maken over de manier waarop je opdrachtgever jouw persoonlijkheidsrechten respecteert. Als jij je naam op een specifieke manier wenst te schrijven, bijvoorbeeld door een of meer van je voornamen met initialen af te korten (“Jan J. Jansen”) of als een pseudoniem, dan kun je in je contract opnemen dat je op die manier wordt aangeduid.

Omdat er een redelijkheidstoets rust op je recht om je tegen wijzigingen in je werk te verzetten, is het verstandig om duidelijk af te spreken wat voor wijzigingen er onder welke voorwaarden zijn toegestaan. Zo kun je afspreken dat als je opdrachtgever wijzigingen wenst, jij als eerste instantie in de gelegenheid moet worden gesteld die zelf door te voeren (en eventueel tegen een aanvullende vergoeding). Ook kun je afspreken dat wijzigingen die de inhoud van je werk raken of de algemene indruk daarvan kunnen beïnvloeden, niet zonder jouw toestemming mogen worden aangebracht.
   
Let dus goed op wat in je contract staat over de persoonlijkheidsrechten, en of je hier niet ongewild afstand van doet. Tip: soms worden de persoonlijkheidsrechten niet expliciet genoemd, maar staat er dat er afstand wordt gedaan van de rechten uit artikel 25 lid 1 van de Auteurswet.

Bijzondere bepalingen filmwerken
Het is vooral voor scenarioschrijvers goed om te weten dat er in de Auteurswet enkele bijzondere regelingen zijn opgenomen ten aanzien van filmwerken. Zo dient je naam op de “gebruikelijke plaats” (in veel gevallen bij het vertonen van de credits) te worden genoemd, waarbij ook je hoedanigheid of bijdrage dient te worden vermeld. Je mag ook vorderen dat die “gebruikelijke plaats” met de rest van het filmwerk wordt vertoond. Mocht je niet willen dat jouw naam aan het werk verbonden blijft, bijvoorbeeld omdat je je niet kunt vinden in het eindresultaat, dan kun je ook binnen redelijke grenzen eisen dat jouw naam niet in het filmwerk wordt opgenomen. Het kan daarom verstandig zijn om af te spreken dat je het eindproduct te zien krijgt voordat het verspreid wordt voor vertoning, uitzending of distributie.

Ook is het goed om te weten dat er een bewijsvermoeden geldt ten aanzien van je recht om je tegen wijzigingen te verzetten; in de Auteurswet wordt ervan uitgegaan dat je afstand van dit recht doet, tenzij je schriftelijk afspreekt dat je juist geen afstand van dit recht doet. Voor scenarioschrijvers is het dus extra belangrijk om afspraken te maken over onder welke voorwaarden wijzigingen in jouw werk mogen worden aangebracht.