Bloemlezingsregeling

Regeling voor het overnemen van gedeelten van literaire werken in publicaties die zijn gemaakt om te worden gebruikt als toelichting bij het onderwijs, vastgesteld door de Besturen van MEVW en GAU en van de Auteursbond.

Transparantieverplichting

Geeft jouw uitgever de juiste informatie over exploitatieopbrengsten?

Krijg je een billijke vergoeding? Wanneer is het moment om de bestsellerbepaling in te roepen? En wanneer kun je het contract beëindigen omdat de uitgever je werk onvoldoende exploiteert? Per 7 juni 2022 treedt een wettelijke transparantieverplichting in werking die je een handvat biedt om te controleren of jouw uitgever de juiste informatie geeft over de exploitatieopbrengsten van je werk. Daarmee is het ook een middel om de andere contractuele verplichtingen van de uitgever te checken.  

De transparantieverplichting gaat pas in juni 2022 in, maar het is verstandig om daar ook nu al rekening mee te houden bij de contracten die je sluit met je uitgever, producent of ander type opdrachtgever. In dit artikel lees je wat de transparantieverplichting inhoudt, wat je eraan hebt en hoe je hier bij het maken van afspraken op kunt inspelen.

Belang 1: billijke vergoeding

Als auteur heb je recht op een billijke vergoeding voor de toestemming die je jouw opdrachtgever verleent om jouw werk te kunnen exploiteren. Als je een vergoeding op basis van royalty ontvangt, dan is het wel zo fijn om te kunnen controleren of je wel daadwerkelijk krijgt wat je met je opdrachtgever hebt afgesproken. Als je bijvoorbeeld een percentage over de netto-omzet ontvangt, is het goed om na te kunnen lopen hoe deze wordt berekend.

Belang 2: bestsellers

Als je een vergoeding voor je werk ontvangt (of al hebt ontvangen), maar die vergoeding onevenredig laag is ten opzichte van wat jouw werk je opdrachtgever opbrengt, dan heb je recht op een aanvullende vergoeding. Dit is vaak het geval bij een bestseller. Om te kunnen beoordelen of er sprake is van zo’n onevenredigheid, moet je wel een beeld hebben bij wat de totale opbrengsten zijn. Een beetje inzage in de opbrengsten is dus wel zo handig, en die inzage heb je alleen als degenen die jouw werk exploiteren daar transparant in zijn.

Belang 3: onvoldoende exploitatie

Het kan zijn dat je opdrachtgever jouw werk na het sluiten van de overeenkomst niet is gaan exploiteren of dat intussen nauwelijks meer doet. Als exploitatie nog wel mogelijk is, dan kun je de opdrachtgever nog een redelijke termijn gunnen om je werk alsnog te exploiteren. Blijft exploitatie uit, of was het in de eerste plaats niet (meer) mogelijk om je werk te exploiteren, dan mag je de overeenkomst ontbinden. Om te weten of er sprake is van onvoldoende exploitatie, is het wel zo handig om te weten in welke mate je werk überhaupt geëxploiteerd wordt. Ook daarom is transparantie belangrijk.

Inhoud van de verplichting

Op basis van het nieuwe wetsartikel zal een opdrachtgever die jij toestemming voor exploitatie verleent (bijvoorbeeld door het verstrekken van een gebruikslicentie of een overdracht van auteursrechten), jou één keer per jaar moeten informeren over de manieren waarop hij jouw werk exploiteert en wat hij daarmee verdient. Ook zul je geïnformeerd moeten worden over de vergoeding die daar uitrolt, zoals jouw royalty.

De nieuwe wet bepaalt dat de informatie die je ontvangt “actueel, relevant en volledig” moet zijn. Je opdrachtgever mag je dus niet afpoeieren met oude gegevens, bedelven onder een stortvloed aan data waar je niet wijs uit wordt, of belangrijke informatie achterwege laten. Wat relevante informatie is, zal afhankelijk zijn van de sector waarbinnen je werkzaam bent.

Keten van licenties

Het kan natuurlijk zo zijn dat je opdrachtgever andere partijen exploitatierechten heeft verleend (nevenrechten) en hij het totaalplaatje van inkomsten die partijen verder exploitatieketen genereren, mist. Op grond van de transparantieverplichting moet zo’n andere partij jou of je opdrachtgever de ontbrekende informatie verstrekken als een van jullie daarom vraagt. Als niet duidelijk is wie die andere partijen überhaupt zijn, dan moet jou dat ook worden verteld als je daarom vraagt.

Uitzonderingen

Misschien heb je maar een beperkte bijdrage geleverd aan de totstandkoming van het werk als geheel. Als die bijdrage “niet significant” is, dan hoeven opdrachtgevers en andere partijen in de exploitatieketen geen informatie te verstrekken. Dat moeten ze vervolgens weer wel als je kunt laten zien dat je de informatie nodig hebt om te kijken of je recht hebt op die eerder genoemde aanvullende vergoeding.

Het is ook mogelijk dat je werk nauwelijks wat opbrengt en het verstrekken van informatie onevenredig veel administratief gedoe oplevert. Als daar aantoonbaar sprake van is, dan kan een opdrachtgever of andere exploitant volstaan met het aanleveren van wat minder informatie, maar je moet dan alsnog de informatie krijgen die je “redelijkerwijs” mag verwachten.

Afspraken maken

Het is verstandig om al bij het sluiten van je contract rekening te houden met de wettelijke transparantieverplichting (ook voordat die intreedt) en concrete afspraken te maken over de manier waarop je opdrachtgever hieraan gaat voldoen. Zo kun je bijvoorbeeld alvast een vaste datum afspreken waarop je het jaarlijkse overzicht krijgt, een aantal voorwaarden stellen waaraan het overzicht dient te voldoen, regelen dat je bij twijfel een accountant de boekhouding kunt laten controleren, en opnemen dat de opdrachtgever ook een overzicht van de inkomsten van andere partijen in de exploitatieketen dient te verstrekken. Voor een voorbeeld van wat je af kunt spreken over transparantie, kun je aansluiting zoeken bij art. 11 en 12 van het Modelcontract oorspronkelijk Nederlandstalig literair werk.

Auteursbond, geschillencommissie en rechter

Of je er nu afspraken over maakt of niet, jouw opdrachtgever en andere partijen die jouw werk exploiteren zullen jou relevante, actuele en volledige informatie moeten verstrekken als jij daarom verzoekt. Het is immers een wettelijke verplichting, maar helaas worden wettelijke verplichtingen door opdrachtgevers niet altijd nageleefd.

Mocht je opdrachtgever zijn verplichtingen niet nakomen, dan kun je je om te beginnen tot de Auteursbond wenden. Als je een mailtje stuurt naar jurist@auteursbond.nl en daarin de situatie en het probleem schetst, kunnen wij je adviseren over wat je rechten zijn en waar je je opdrachtgever op kunt aanspreken.

Je kunt je probleem ook als klacht voorleggen bij de Geschillencommissie Auteurscontractenrecht. De uitspraken van deze geschillencommissie zijn bindend (als je je geschil niet anoniem voorlegt). Wel moet je opdrachtgever aangesloten zijn bij de Geschillencommissie Auteurscontractenrecht voordat je klacht in behandeling wordt genomen, en veel opdrachtgevers zijn dat helaas niet.

In het uiterste geval kun je naar de rechter stappen om de informatie te krijgen waar je recht op hebt, al zitten daar natuurlijk kosten aan vast. Als lid van de Auteursbond kun je bij Stichting Rechtshulp Auteurs een aanvraag indienen en je bij toewijzing daarvan bij laten staan tegen een sterk gereduceerd tarief.

Monitoren

Uiteindelijk is het de vraag hoe opdrachtgevers gehoor gaan geven aan hun wettelijke en contractuele transparantieverplichtingen. Vanwege de verschillende wijzen waarop content op online platforms (aanvullend) kan worden geëxploiteerd, zoals via podcasts, online (leer)omgevingen en streamingsdiensten, is het de vraag hoe overzichtelijk en inzichtelijk de informatie die je krijgt zal zijn. De Auteursbond blijft alert op de ontwikkelingen uit de beroepspraktijk en wordt er dan ook graag van op de hoogte gesteld als jouw opdrachtgever je geen, onvolledige of onduidelijke overzichten verstrekt.

De aanleiding voor de introductie van deze verplichting is de implementatie van een EU-richtlijn die zich onder andere richt op eerlijkere auteurscontracten.

De Auteursbond lobbyde, samen met andere belangenbehartigende organisaties voor makers, al jaren voor zo’n wettelijke transparantieverplichting, maar onder druk van de EU-wetgever wordt deze nu eindelijk een feit.

Modelcontract oorspronkelijk Nederlands literair werk

Weinig zaken zijn voor schrijvers zo belangrijk als het contract met de uitgever. Een contract voor de uitgave van een literair werk legt de royalty’s, het voorschot en de elektronische rechten vast. Schrijver en uitgever kunnen elkaar houden aan die vastgelegde afspraken.

Het is dan ook goed om vooraf te bedenken wat er precies in het contract moet komen te staan, en wat niet.

Duidelijkheid voor iedereen

Niet iedereen heeft het overzicht of het zakelijk inzicht om zelf een goede overeenkomst op te stellen. Voor hen is er het modelcontract van de Auteursbond, opgesteld in nauw overleg met de Literaire Uitgevers Groep (LUG) van de Groep Algemene Uitgevers (GAU). Een modelcontract schept voor alle partijen duidelijkheid. Voor literaire auteurs is het bovendien een voorwaarde voor het verkrijgen van subsidie bij het Nederlands Letterenfonds.

Vrijheid van onderhandelen

Het modelcontract verzekert schrijvers en vertalers van een minimum aantal voorwaarden en rechten. Hoe belangrijk ook, het staat iedere schrijver of vertaler vrij om met de andere partij te onderhandelen en betere voorwaarden uit het vuur te slepen. Het is een modelcontract, geen harnas.

Nevenrechten

Nevenrechten

Primaire exploitatierechten
Als auteur heb jij als enige de bevoegdheid om jouw werk te (laten) publiceren en te verspreiden. Wanneer je met een uitgever daartoe een (licentie)overeenkomst afsluit, blijkt uit de overeenkomst wat de primaire exploitatierechten zijn die de uitgever van jou ontvangt. Vaak zal dat het uitgeven van jouw werk in boek- en e-boekvorm zijn, en tegenwoordig ook steeds vaker in audiovorm.  

Nevenrechten
Daarnaast worden (in licentieovereenkomsten) vaak afspraken gemaakt over de zogenaamde nevenrechten. Het gaat dan om (andere vormen van) exploitatie die worden uitgeoefend door een derde partij, en dus niet dezelfde uitgever. Een voorbeeld daarvan is het uitbrengen van het boek in audiovorm. Voorheen werd dit eigenlijk alleen door derde partijen gedaan. Zij sloten een contract af met de uitgever en produceerden het audioboek. Tegenwoordig geven steeds meer uitgever het audioboek zelf uit waardoor de primaire exploitatie wordt opgerekt. Er is dan geen sprake meer van een nevenrecht.

Modelcontracten
Ook in de modelcontracten staan afspraken over nevenrechten. De huidige modelcontracten gaan uit van een primaire exploitatie van het werk in boek- en e-boekvorm (artikel 1 lid 1, of, voor het vertalerscontract, artikel 2 lid 1). De nevenrechten staan genoemd in artikel 1 lid 5 en 6 (of, voor het vertalerscontract, in artikel 2 lid 5).  

Modelcontract voor de uitgave van oorspronkelijk Nederlandstalig werk

Modelcontract voor de uitgave van een oorspronkelijk Nederlandstalig kinderboek

Modelcontract voor de uitgave van de vertaling van een literair werk

Richtlijnen billijke vertaalcontracten

De onderstaande richtlijnen, die voortbouwen op de ‘Hexaloog’ die de CEATL in 2011 heeft aangenomen, zijn bedoeld als hulpmiddel om te komen tot een gedragscode in de sector literair vertalen. Dit zal iedereen in de uitgeversbranche (vertalers, uitgevers, auteurs van de oorspronkelijke werken) ten goede komen, want het draagt bij aan de kwaliteit van literaire vertalingen. Daartoe zijn billijke voorwaarden, een evenwichtige relatie tussen contractpartijen en goede materiële en morele arbeidsomstandigheden voor vertalers essentieel.

N.B.: Er moet een contract worden gesloten tussen de vertaler en de uitgever vóórdat de vertaler begint te vertalen. Een dergelijk contract moet aan de volgende voorwaarden voldoen:

  1. het moet schriftelijk zijn;
  2. het moet zijn gebaseerd op het contractenrecht, en/of op modelcontracten die zijn onderhandeld tussen verenigingen van vertalers enerzijds en verenigingen van uitgevers anderzijds, aangezien de regels die aan deze contracten ten grondslag liggen de rechten van beide partijen waarborgen en de effecten van een ongelijke contractuele machtsverhouding tussen hen beperken;
  3. het moet tot stand zijn gekomen na in goed vertrouwen gevoerde onderhandelingen, om van geval tot geval in de specifieke behoeften van de partijen te voorzien.